Inkomsten uit je artsenvennootschap halen: 9 mogelijkheden

Binnen jouw artsenvennootschap zijn de behaalde inkomsten per definitie beroepsinkomsten, belastbaar in de vennootschapsbelasting. Pas via een aantal uitkeringsmogelijkheden kunnen de inkomsten toekomen aan de bedrijfsleider-arts persoonlijk. In dit artikel bekijken we de uitkeringsmogelijkheden en hun bijhorende fiscale behandeling.

Waarom interessant?

Er zijn verschillende manieren om fiscaal gunstig geld uit je vennootschap te halen. Het blijft voor veel bedrijfsleiders een heikel punt. Kies je ervoor je prestaties te vergoeden via een bezoldiging of een gewoon dividend, dan word je hierop behoorlijk zwaar belast. Er zijn evenwel enkele fiscaal vriendelijke opties. Wikken en wegen dus.

1.    Bezoldiging

Eerst en vooral kan jouw artsenvennootschap je een extra bezoldiging toekennen.  Deze verloning is voor jou als bedrijfsleider progressief belastbaar in de personenbelasting, waardoor je hierop 25% tot 50% belastingen betaalt (verhoogd met de gemeentebelasting). De hoogte van je bezoldiging als bedrijfsleider zal een invloed hebben op de verschuldigde sociale zekerheidsbijdragen, alsook (voor de vennootschap) de eventuele toepassing van het verlaagd belastingtarief in de vennootschapsbelasting.

2.    Forfaitaire onkostenvergoeding

Als arts-bedrijfsleider kan je in het kader van de uitoefening van je beroepsactiviteit kosten maken die uiteindelijk voor rekening zijn van jouw vennootschap. Het interessante hieraan is dat je de optie hebt om deze onkosten forfaitair te laten terugbetalen, zelfs als de werkelijke kosten lager liggen. Denk bijvoorbeeld aan een (binnenlandse) dagvergoeding die je kan laten uitbetalen door jouw artsenvennootschap voor een professionele verplaatsing (zoals het bijwonen van een artsencongres).

Deze vergoedingen zijn in principe belastingvrij voor de bedrijfsleider en zijnaftrekbare beroepskosten voor de vennootschap.

Let op, sinds 1 januari 2022 moet de vennootschap het uitbetaalde bedrag van alle forfaitaire (en werkelijke) onkosten verplicht vermelden op de fiche 281.20.

3.    Privékosten laten dragen door de vennootschap

Je kan bepaalde privékosten laten dragen door jouw vennootschap. Denk bijvoorbeeld aan de privékosten van elektriciteit en verwarming. In dat geval word je als bedrijfsleider in de personenbelasting belast op een forfaitair voordeel van alle aard (VAA) indien volgende twee cumulatieve voorwaarden zijn vervuld:

  • Het energiecontract en de verbruiksmeter staan op de naam van de artsenvennootschap; én
  • De bijhorende woning wordt mee ter beschikking gesteld door de artsenvennootschap aan de bedrijfsleider (met een forfaitair belast VAA voor de woning met eventuele vermindering met eigen bijdragen/huur).

4.    Dividend

Indien je als bedrijfsleider eveneens aandeelhouder bent van jouw artsenvennootschap, kan je jezelf een dividend laten uitkeren bij voldoende winst of reserves.

Een gewone dividenduitkering is onderworpen aan 30% roerende voorheffing. Onder bepaalde voorwaarden kan je genieten van een lager tarief, bijvoorbeeld onder de zogenaamde vvpr-bis regeling en bij uitkeringen van een reeds aangelegde liquidatiereserve.

Let op, de uitkering van dividenden is bij een BV en CV onderworpen aan een dubbele uitkeringstest, namelijk de balanstest én liquiditeitstest.

5.    Kapitaalvermindering/terugbetaling van inbreng

Naast een dividend kan jouw artsenvennootschap ook kapitaal uitkeren via een kapitaalvermindering/terugbetaling van inbreng. Sinds 1 januari 2018 kan dit niet meer volledig belastingvrij gebeuren wanneer jouw vennootschap belaste winsten op de balans heeft staan.

6.    Debet rekening-courant

Als bedrijfsleider heb je de mogelijkheid om geld te lenen aan jouw vennootschap, maar jouw vennootschap kan ook aan jou geld lenen. Uiteraard gebeurt dit niet gratis, als bedrijfsleider word je namelijk belast op een VAA in geval van toekenning van een renteloze lening of een lening tegen verminderde rentevoet. Voor de in 2023 toegekende leningen bedraagt de jaarlijkse referentie-interestvoet 5,43% voor leningen zonder vaste looptijd en 6,041% voor leningen met vaste looptijd.

7.    Individuele pensioentoezegging (IPT)

Met een IPT bouw je als bedrijfsleider via jouw artsenvennootschap een aanvullend pensioen op. Voor jou als bedrijfsleider zijn de gestorte premies vrijgesteld van enig VAA op voorwaarde dat je regelmatig en maandelijks bezoldigd wordt. Daarnaast zijn deze premies voor jouw vennootschap aftrekbaar in de vennootschapsbelasting in de mate dat de zogenaamde 80%-grens wordt nageleefd.

8.    Huurinkomsten onroerende goederen

Als bedrijfsleider kan je jouw werkplek in je privéwoning verhuren aan jouw vennootschap. De werkelijke huurinkomsten die je als bedrijfsleider ontvangt worden belast in de personenbelasting, verminderd met een kostenforfait van maximum 40%. De huurprijs moet wel marktconform zijn, anders riskeer je een herkwalificatie naar een bedrijfsleidersbezoldiging.

9.    Andere

Voorgaande betreft een niet-limitatieve lijst van uitkeringsmogelijkheden. Naast de vermelde opties kan je bedrijfsleider nog op andere manieren geld uit jouw artsenvennootschap halen. Denk hierbij aan het betalen van jouw sociale bijdragen door je vennootschap.

Aan elke uitkeringsmogelijkheid zijn voor- en nadelen verbonden. Veel hangt af van je persoonlijke situatie, de toestand van je vennootschap en jouw plannen op korte en lange termijn. Meestal is het aangewezen om verschillende manieren te combineren. SBB kan je hierbij helpen.

Nathalie Put
Nathalie Put