Heb jij je algemene voorwaarden al aangepast aan de nieuwe B2C-wetgeving?

Johanna Waelkens
Zakelijk-juridisch advies

Verplicht kosteloze eerste herinnering

Op je facturen of in je algemene voorwaarden neem je een termijn van betaling op, waarbinnen je schuldenaar de factuur moet voldoen. Wanneer de consument zijn schuld niet heeft betaald binnen deze termijn, stuur je hem een ingebrekestelling. Voor een dergelijke eerste herinnering mag je vanaf 1 september 2023 geen kosten meer in rekening brengen. 

 

Let op!

De wet geeft expliciet aan wat er allemaal in deze ingebrekestelling moet worden opgenomen. Het gaat bijvoorbeeld om de vermelding van het verschuldigde saldo en het bedrag van de schadevergoeding die zal worden gevorderd bij niet-betaling, het feit dat er een betalingstermijn van 14 dagen loopt, de datum van de opeisbaarheid van de schuld enzovoort. Om zeker te zijn dat je ingebrekestelling geldig is, laat je je dus best bijstaan door een expert.

 

Stuur je later nog een herinnering? Dan mag je hier per bijkomende ingebrekestelling maximaal 7,5 euro in rekening brengen, bovenop de portkosten. 

Plafond op nalatigheidsinteresten

Stuur je je schuldenaar-consument zo’n eerste ingebrekestelling, dan heeft hij 14 dagen de tijd om de factuur te betalen. Als hij deze termijn overschrijdt, kan je interesten beginnen aanrekenen, de zogenaamde “nalatigheidsinteresten”. Voor KMO’s geldt dat je deze interesten wel (deels) retroactief mag aanrekenen, namelijk vanaf de kalenderdag volgend op de datum van verzending van de eerste herinnering. Dergelijke interesten kan je slechts vorderen wanneer dit contractueel is bepaald. De hoogte van deze interesten is geplafonneerd. Deze mogen niet hoger zijn dan de interest tegen de referentie-interestvoet vermeerderd met acht procentpunten.

Plafond op forfaitaire schadevergoedingen

Naast de nalatigheidsinteresten, rekenen ondernemingen vaak ook een schadevergoeding aan bij laattijdige betaling. Deze vormen dan een vergoeding voor de kosten die de onderneming moet maken om de schuld te innen. Ook hier heeft de wetgever een plafond voorzien. De maximale bedragen zijn:

  • 20 euro als het verschuldigde bedrag lager dan of gelijk aan 150 euro is;
  • 30 euro vermeerderd met 10 % van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen 150,01 euro en 500 euro als het verschuldigde saldo tussen 150,01 euro en 500 euro is;
  • 65 euro vermeerderd met 5 % van het verschuldigde bedrag op de schijf boven 500 euro met een maximum van 2.000 euro als het verschuldigde saldo hoger dan 500 euro is.

 

Let op!

Je kan deze schadevergoeding enkel vorderen als dit uitdrukkelijk is bepaald in het contract met de consument. Is dit niet in je algemene voorwaarden opgenomen? Dan heb je niet de mogelijkheid om een vergoeding te vorderen.

 

Over welke soort schulden gaat het?

De nieuwe regels zijn van toepassing op elke soort schuld van de consument ten aanzien van jouw onderneming, op voorwaarde dat er nog geen uitvoerbare titel voorhanden is. Dit betekent dat de wet niet meer geldt wanneer een gerechtelijke uitspraak de consument reeds veroordeelt tot betaling van de schuld.

 

Actie vereist

Zijn je algemene voorwaarden of je factuurvoorwaarden in strijd met deze nieuwe wetgeving, dan worden de clausules in kwestie als niet-geschreven beschouwd. Je kan je er dus niet op beroepen ten opzichte van de consument. Die wordt van rechtswege vrijgesteld van de betaling van nalatigheidsinteresten, incassokosten en schadevergoeding. Daarnaast zijn er administratieve sancties en zelfs strafsancties mogelijk.

Het is dus van belang je voorwaarden te screenen en eventueel aan te passen, zodat je de kans om nalatigheidsinteresten, invorderingskosten en/of schadevergoedingen te innen niet misloopt.

Voor deze aanpassing kan je beroep doen op de juridische adviseurs van SBB.

Neem contact op