VLIF-vestigingssteun: wat zijn de termijnen en aandachtspunten?

Sinds juni 2023 kan je VLIF-vestigingssteun aanvragen volgens de nieuwe regelgeving. Dit betekent dat voor een aantal overnamedossiers de deadline van de eerste betalingsaanvraag in zicht komt. In dit artikel vatten we de belangrijkste aandachtspunten nog eens kort samen.

Waarom belangrijk?

Diende je in het voorjaar van 2023 een VLIF-overnamedossier in, dan komt de deadline van de eerste betalingsaanvraag in zicht. Dit is het gepaste moment om de tweede betalingsaanvraag reeds voor te bereiden. Voldoe je aan alle voorwaarden, dan dien je best 2 jaar na de eerste betalingsaanvraag de tweede in. Hoe sneller je indient, hoe sneller de uitbetaling volgt. Voldoe je nog niet aan alle voorwaarden of verwacht je nog een stijging van je standaardverdiencapaciteit, dan gebruik je best de beschikbare tijd om zo mogelijks je steun te optimaliseren.

De 'oude' VLIF reglementering liep eind 2022 af. De start van de “nieuwe” VLIF-reglementering liep wat vertraging op door het uitblijven van het wetgevend kader. In kwartaal 1 van 2023 kon je dan ook geen VLIF-aanvragen indienen, zowel niet voor vestigingssteun als voor investeringssteun. Sinds juni 2023 was het dan wel opnieuw mogelijk om VLIF-aanvragen in te dienen.

Wat zijn de nieuwe VLIF-voorwaarden voor vestigingssteun?

Op het vlak van VLIF-vestigingssteun houdt de nieuwe regelgeving toch een aantal belangrijk verbeteringen in ten opzichte van de voorgaande.

  • De maximale VLIF vestigingssteun werd opgetrokken van €70.000 tot €100.000. De exacte omvang van het steunbedrag varieert afhankelijk van de standaardverdiencapaciteit en het aantal bedrijfsleiders na uitvoeren van het bedrijfsplan. 
Indien één bedrijfsleider na uitvoering bedrijfsplan
Steunbedrag Verdiencapaciteit per bedrijfsleider
40.000 euro 20.000 euro <= X < 40.000 euro
70.000 euro 40.000 euro <= X < 70.000 euro
100.000 euro >= 70.000 euro
Indien meer dan één bedrijfsleider na uitvoering bedrijfsplan
Steunbedrag Verdiencapaciteit per bedrijfsleider
40.000 euro 20.000 euro <= X < 55.000 euro
70.000 euro 55.000 euro <= X < 85.000 euro
100.000 euro >= 85.000 euro

 

  • In de oude regelgeving moest je de VLIF-aanvraag steeds indienen voor een overname. De nieuwe regelgeving staat toe dat je nog VLIF-steun aanvraagt voor een overname die maximaal 2 jaar geleden heeft plaatsgevonden. Uiteraard is het nog altijd mogelijk om, zoals vroeger, eerst de VLIF-aanvraag in te dienen en vervolgens de overname te realiseren.
  • De definitie jonge landbouwer is nu voor alle afdelingen binnen het Agentschap Landbouw en Zeevisserij gelijk. Je bent een jonge landbouwer als je op 1 januari van het jaar van de steunaanvraag nog geen 40 jaar oud bent.
  • Er is zowel steun mogelijk voor de (gedeeltelijke, minimaal 20%) overname van een bestaand bedrijf als voor de opstart van een nieuw landbouwbedrijf.
  • De overheid versoepelt de inkomensvoorwaarden in die zin dat je vestigingssteun kan combineren met een job buitenshuis, waar je wel maximaal 50% tewerkgesteld mag zijn. Als je een zelfstandige activiteit buiten je landbouwactiviteit uitoefent, mag je hieruit een netto belastbaar inkomen halen van maximaal 15.000 euro.
  • De oude VLIF-voorwaarde van vakbekwaamheid en zeggenschap blijft nog steeds van kracht.

Eerste betalingsaanvraag: termijn en voorwaarde

Ten laatste 1 jaar nadat je je VLIF-aanvraag voor vestigingssteun indiende op het E-loket, dien je een eerste betalingsaanvraag in te dienen.

De eerste betalingsaanvraag is vrij eenvoudig. Je hoeft hiervoor enkel een geregistreerd overnamecontract op te laden. Dit kan zowel een overnamecontract aandelen (in het geval van een vennootschap) als een overnamecontract roerende bedrijfsbekleding zijn.

Tip: indien je als jonge landbouwer actief wordt in een maatschap, laat je best ook het maatschapcontract registreren. Het Agentschap Landbouw en Zeevisserij vereist dit voor de uitbetaling van aanvullende inkomenssteun voor jonge landbouwers.

Tweede betalingsaanvraag: termijn en aandachtspunten

De tweede betalingsaanvraag vergt wat extra aandacht. Daarbij zijn er twee belangrijke aandachtspunten:

  1. De timing: Je kan de 2de betalingsaanvraag ten vroegste 2 jaar en uiterlijk 3 jaar na de eerste betalingsaanvraag indienen. Het is de standaardverdiencapaciteit, die op het ogenblik van deze 2de betalingsaanvraag op E-loket staat, die de omvang van je vestigingssteun bepaalt. Onderging je bedrijf een wijziging in teeltplan of dieraantallen, dan kan je door het schuiven met de 2de betalingsaanvraag mogelijks in een hogere schijf van vestigingssteun belanden (zie ook hoger).De standaardverdiencapaciteit die in 2024 op E-loket staat, is standaard gebaseerd op het teeltplan en dieraantallen van 2022. Mits een bezwaarprocedure kunnen hier ook recentere gegevens in rekening gebracht worden.
  2. Een tweede aandachtspunt betreft de inkomensvoorwaarde. Eén jaar voor de tweede betalingsaanvraag moet je aan de inkomensvoorwaarde voldoen, zijnde maximaal halftijds buitenshuis tewerkgesteld of een maximum van 15.000 euro netto belastbaar inkomen uit een andere zelfstandige activiteit dan landbouw. De overheid controleert de tewerkstelling buitenshuis op basis van de data beschikbaar op mycareer.be

    Op het ogenblik van de tweede betalingsaanvraag moet je eveneens je vakbekwaamheid aantonen. Dit gebeurt typisch aan de hand van een landbouwdiploma of een installatieattest.

Hulp nodig bij het indienen van je VLIF-vestigingssteun?

Neem contact op met je SBB-adviseur. We helpen je graag verder.

Jeroen Kellers
Jeroen Kellers
productmanager landbouw